Toch nog even snel dan, voor de beelden & indruk-ken zijn ver-vluchtigd. Want hoewel de esthetische overrompeling waarop ik had gehoopt uitbleef, verdient Les amours imaginaires (LAI) wel meer kijkers dan Black Swan, Biutiful, True Grid – al zie ik dat in de bioscoop niet meer gebeuren.
Het verhaal. Een jongen (Francis) en een meisje (Marie) worden allebei verliefd op Nicolas. In relaties heb je givers en takers zegt de heldin van een klassieke film (was het Casablanca?). Nicolas is een nemer. De andere twee zijn gevers. Voor het publiek is dat al snel duidelijk, maar Francis en Marie zijn blind, want verliefd en pas na een paar incidenten zien ze de ‘ware’ Nicolas.
Aan het slot van LAI noemen Marie en Francis Nicolas 'een vampier'. Hij zuigt mensen leeg. Je kunt je afvragen of ze helemaal eerlijk zijn. We leven in een esthetische klassenmaatschappij en Nicolas verblijft in een hogere esthetische kaste. Naar maar waar. De deal was: zijn schoonheid in hun ruil voor hun aandacht en presentjes. Daar staat tegenover dat de nare, perfide Nicolas het hart van Marie en vooral dat van Francis als messenblok gebruikt. Zomaar.
Uit de rij met Jungianen voor mij klonk aanhoudend gefluister. Gelukkig voor hen stopt de scenarist/regisseur genoeg scènes in de film om voor etterbak Nicolas een stevig vakje in de psychologische letterbak te vinden. Laten we zeggen: ‘narcist met moederbinding (licht sadistische trekjes)'. On(be)handelbaar.
Op de eerste date met Francis en Marie draagt Nicolas een rode zonnebril waarvan de glazen zijn vervat in hartvormige vensters van felrood kunststof. EEN DIKKE VETTE verwijzing naar Stanley Kubricks Lolita (1962). Ik vermoed omdat de film, LAI, net als Nabokov’s Lolita en Prousts ALRDT, over solipsisme wil gaan - en over het gemakzuchtige cliché dat je alleen houdt van wat je zelf hebt ge- of herschapen (gemakzuchtig omdat het je van plichten ontslaat, ik zou niet doorklikken).
In de Nederlandse literatuur is Springers Quissama een canonisch voorbeeld van een overigens mooie roman waarin dat idee ook wordt uitgewerkt; denk alleen al aan het motto van Gary voorin dat boek: Tu ne peux pas aimer une femme, un homme, sans les avoir d'abord inventés.
Dat - een geliefde herscheppen - is per saldo niet wat er gebeurt in LAI (evenmin als in Kubricks film trouwens). We worden verleid te sympathiseren met Marie en Francis, maar Dolan dwingt ons niet volledig in hun perspectief of/en bewustzijn, dat is in een film ook veel lastiger dan in een roman. De conclusie dat Francis en Marie Nicolas idealiseren zou ik wel willen onderschrijven, dat zij hem herscheppen niet.
We leren Nicolas veel minder goed kennen dan Marie en Francis - hij heeft geen eigen scènes. Het is niet toevallig dat Nicolas (vanuit het perspectief van Francis) in verband wordt gebracht met Michelangelo's David (dit door opnamen van Nicolas te doorkruisen met beelden van 'de' David). LAI is, onbedoeld denk ik, een allegorie. De film gaat eerder over onze relatie met schoonheid, met kunst dan over onze verliefdheden of onze relaties met andere mensen.
'Nicolas' is een taker omdat hij een kunstwerk is, net als een kunstwerk kan hij alleen maar 'ontvangen', zich laten bewonderen. Of in ieder geval moeten we uit de scènes die de regisseur ons laat zien concluderen dat hij zo is (maar zulke voorbehouden kun je altijd maken, bij iedere film).
Kunstliefde wordt niet beantwoord – schoonheid, hoe volmaakt ook, kan niet bieden wat mensen elkaar kunnen bieden. Zie ook: Alte Meister. Je kan ook zeggen: je hebt niets aan kunst, kunst is nutteloos. Des te beter.
Hoe slecht is Nicolas? Hoe dom of zielig zijn Francis en Marie? Dat doet er weinig toe. Je wordt niet uitgenodigd je werkelijk te identificeren met de personages (een uitnodiging die ik doorgaans sowieso graag afsla) en het prettige resultaat daarvan is esthetisch genoegen zonder sentimentele betrokkenheid.
Tragisch wordt LAI nergens, pijn doen de gebeurtenissen nooit. Maar aangezien vrijwel het hele filmaanbod lijkt gericht op emotionele masochisten is dat eigenlijk een verademing en een aanbeveling. En hoewel ik meer exuberantie had verwacht, vind ik het camerawerk & fotografie (lekker inzoomen & uitzoomen, kleurenfilters, dat soort dingen) fraai en ben ik blij dat LAI niet de zoveelste lineair vertelde well made play is. Sommige beelden, vooral de close ups, zijn zo sterk dat je ze je haast toe-eigent als eigen herinnering (haast). Prettige film.
Film: LAI
Regisseur: Xavier Dolan
Eindoordeel: aardige film, drie manicheïstische, tangerine vliegende tapijten van cashmere (3/5) waarvan één bonustapijtje voor de onvoorstelbaar lage leeftijd (21!) van de regisseur.
Chauvinisten opgelet: in de film horen we een paar keer fragmenten uit Bach’s cellosuites (no. 1 + no. 3), gespeeld door ONZE EIGEN Pieterrrrrr Wispelwey.
Zeer sterk: dat vergat ik hierboven nog te vertellen, het verliefdheidsverhaal wordt afgewisseld met testimonia van tieners (twintigers?) die vertellen over relaties en verliefdheden. Dat is inmiddels haast usance in jeugdcultuurfilms, maar hier werkt die documentaire afwisseling sterk, omdat er – behalve dat zij van dezelfde generatie zijn – geen relatie is tussen Marie, Francis, Nicolas en de onbekenden die hun verhaal doen en dat tilt het onderwerp ‘liefde’ naar een hoger abstractieniveau. Het is ook gewoon plezierig, voor de afwisseling, en een van ‘de geïnterviewden’, een afgewezen meisje met een bril (slim, gevoelig, nuchter, onknap), zal ik nooit meer vergeten.
Kritiek: de personages roken bij elkaar wel héél veel sigaretjes – erg filmgeniek, maar drie dagen na het zien van de film stonken m’n kleren nog steeds.
Kritiek (II): op een solitaire aftrekscène na (die erg doet denken aan de grappige zelfmoordpoging in Tom Fords A single man (gestuntel in slaapzak en dan telefoon! (in LAI klinkt er een deurbel))) is de film onnodig humorloos.
Over esthetiek gesproken: Julianne - de sproet - Moore (1960) is in ASM net zo sexy als in Savage Grace en TKAAR. Maar ik dwaal af.
Opmerking: Kubricks Lolita is zwart wit, bovenstaande foto (detail) komt van de filmposter.