J'oublierai les douleurs passées - Hemel (2012)
Film: Hemel (2012).
Regie: Sacha Polak.
Verhaal: de labiele en zelfdestructieve/suïcidale Hemel (Hannah Hoekstra) kan zich niet goed ‘losmaken’ van haar vader Gijs (Hans Dagelet). Hemels moeder is dood. Dramatische ironie: wij komen te weten dat Gijs’ vrouw zelfmoord heeft gepleegd, Hemel niet. Gijs is een in impressionistische en moderne kunst gespecialiseerde veilingmeester – hij handelt in schoonheid en authenticiteit zou je kunnen zeggen en dat tekent (woordspeling) misschien zijn wat onthechte inslag. In de scène waarin hij wordt geïntroduceerd draagt hij een spierwit overhemd.
‘Mag ik je even onderbreken?’
‘-’
‘Misschien is het goed dit stukje weer eens wat theoretisch cachet te geven. Zodat de mensen niet denken dat je de zoveelste burgerjournalist bent.’
‘Ben je bang dat ik mijn blog-accreditatie kwijt raak?’
‘Het woord ‘bang’ komt in mijn vocabulaire niet voor. Het is je imago dat mij bezighoudt… je lezers moeten niet denken dat je de zoveelste mongool met een laptop bent.’
‘Ik bén een mongool met een laptop.’
‘…’
‘Dat is toch de grap van bloggen? Dat je per regel moet bewijzen wat je waard bent?’
‘Theoretisch cachet.’
‘God, nou… Ik zou zeggen dat de moeder van Hemel zelfmoord heeft gepleegd ten gevolge van een postnatale depressie en dat Hemel lijdt aan wat psychoanalytici een Elektra-complex zouden noemen. Onbewust wil ze de plek van haar overleden moeder innemen en de vrouw van haar vader worden. Daarom raakt ze zo in paniek als Gijs aankondigt dat hij gaat samenwonen met zijn nieuwe vriendin Sophie. De regisseuse biedt ons dan een scène die de naam van de film en haar protagonist letterlijk verbeeldt door Hemel vanuit een kikvorsperspectief te filmen aan de rand van een dak. Achter en boven Hemel zien we: de hemel.’
‘Het is niet helemaal wat ik bedoel, maar maak je stukje maar af.’
In één van de mooiste shots uit de film: zien we dat Hemel tijdens een feestje van Gijs even naar buiten is gelopen om een sigaret te roken. Polak vangt haar (slank lijfje, wit jurkje) in een totaal. We horen de jazzmuziek die binnen wordt gespeeld – maar het shot wordt vervolmaakt door de wind die door de boombladeren op de achtergrond jaagt. Een Sofia Coppola verfilming van een James Salter verhaal. Mensen zijn dieren.
Sleutelscène: vader en dochter wonen in de kleine zaal van het concertgebouw in Amsterdam een zangrecital bij van Barbara Hannigan (op piano: Reinbert de Klavierleeuw). Diep ontroerd luisteren Hemel en Gijs naar Chanson Triste (Duparc) Na afloop van het concert delen Gijs en Hemel buiten een zomeravondsigaret – als geliefden.
Maar: eerlijk gezegd kan ik nauwelijks nog geduld opbrengen voor de pijntjes en probleempjes van de gegoede middenklasse. Ik heb hem hier al vaker geciteerd, maar tijdens films als Hemel denk ik wel erg vaak aan Jaap van Heusdens uitspraak ‘Gasten!, de wereld staat in brand, welk verhaal gaan jullie mij vertellen?’
Ik heb geconcentreerd en aandachtig gekeken, maar ondanks de esthetische bekoring die van Hemel uitgaat blijf je, ik, met een grote intellectuele honger achter.
Voor Hemel geldt een beetje wat een ex van Gijs tegen Hemel zegt: ‘Weet je wat ’t met jou is? Je geeft altijd zo weinig terug.’ Even kenmerkend: die dialoog waarin dit wordt gezegd is zo mooi, via een spiegel, in beeld gebracht dat je je kritische minnetje toch weer bijna uit de kantlijn gumt.
Aan Hemel houd je vooral nieuwsgierigheid over naar de volgende film van Polak. Want geef haar interessante personages en een sterk scenario en je krijgt er een voortreffelijke film voor terug, dat kan bijna niet anders.
Eindoordeel: 2 eigele oliejassen (2/5).
‘In Hemel komen een paar minder geprivilegieerde personages voor – in bijrollen, als sekspartners van Hemel. Zij gaat alleen op safari in de buurten waar arme mensen wonen als ze op zoek is naar al dan niet verknipte seks.’
‘Je gaat de regisseuse het gedrag of voor mijn part de tekortkomingen van haar personages toch niet verwijten?!’
‘Nee, tuurlijk niet. Maar ik vind het wel jammer dat Polak ervoor kiest uitgerekend het verhaal van deze Hemel en Gijs te vertellen. Je zit toch een beetje naar een verfilmde glossy te kijken. Bonjour tristesse re-re-re-re-revisited. Dan is het onvolkomener Lena moediger en interessanter en vernieuwender.’
‘Mischien bedoel je uiteindelijk toch gewoon dat de film als film onvoldoende overtuigt, als kunstwerk. Weet je wat mij opviel? Als Gijs en Hemel in Spanje zijn ligt er een exemplaar van El País op tafel. Gijs beheerst blijkbaar Spaans. Toch onderhoudt hij zich in een Spaans restaurant in het Engels met de Spaanse ober. Dus Gijs kan wel een Spaanse krant lezen, maar niet in het Spaans een eenvoudig driegangen diner bestellen? Dat is toch curieus?’
‘Gijs is een man van beelden, niet van woorden. Misschien heeft hij die krant alleen gekocht vanwege de foto’s. Maar we dwalen af.'
Tekening voorplat Bonjour Tristesse: August von Briesen, Penguin Books (1965).