‘Het marktdenken staat haaks op het politieke, omdat het
gericht is op het individu en niet op de samenleving (‘het algemeen belang’);
omdat het gericht is op de korte termijn en niet op de toekomst; omdat het gericht
is op uniformering en niet op diversiteit; omdat het gericht is op kwantiteit
en niet op kwaliteit; omdat het financieel-economisch en niet sociaal-cultureel
van aard is.’
Herman Tjeenk Willink, Groter
denken, kleiner doen, een oproep (2018;p.111)
Mooi geschreven is 't niet, het nieuwe boekje van Minister
van Staat Herman Tjeenk Willink (1942), en in z’n beknoptheid is de tekst zo
algemeen en abstract dat ze gaat zweven, wel houdt de auteur een sympathiek
pleidooi voor bewaking en verbetering van de democratische rechtsorde. Vooral
het economisch denken, stelt hij, blijkt sinds de ontzuiling een bedreiging
voor onze samenleving.
Een tikkeltje funest is dat H.T.W., zonder inhoudelijke
aanleiding, twee futloze citaten van leden van het koninklijk huis in Groter denken, kleiner doen heeft verwerkt. Zijn boekje bevat
geen enkele quote van een verpleger, politieagente of schoolmeester, maar dus
wel van ‘koning Willem-Alexander’ (p.48) en ‘koningin Beatrix’ (p.60). Waarom?
Wat de Van Oranjes opmerken is wijs, want zij zijn lid van het koninklijk huis.
Come on! Zonder reden een podium
bieden aan je rijke, machtige vriendjes… alsof je nepotisme en klassenjustitie
voorstaat. En dat in een publicatie waarin je concludeert dat integriteit en
onderling vertrouwen cruciaal zijn in de relatie tussen burger en overheid.
Nee.
Voor het koningshuis is in een inclusieve samenleving geen
plek.
Lever de koning in!
‘Heb je nog altijd de droom om ooit commissaris van de
koning in Friesland te worden?’
‘Zeker weten! Hoezo?’