You’re good and gentle’ – Detachment (2012)














Film: Detachment (2012).
Regie: Tony Kaye.

Verhaal: invalleerkracht Henry Barthes leerde als jongetje zijn slaapkamerdeur op slot te doen en komt als volwassene tot de ontdekking dat hij zijn ziel heeft afgegrendeld.

Een publieksfilm die te pretentieus en te zwaar op de hand is om zijn publiek te bereiken. Het scenario is schematisch, de karaktertekening karikaturaal. Brody is een aardige acteur, maar ik zie hem toch liever in een film van Wes Anderson.

Sterker nog: door een film als Detachment realiseer je je hoeveel bewondering je een regisseur als Anderson bent verschuldigd.

Zelfmoord, incest, ouderdom (incontinentie, Alzheimer), armoede, eenzaamheid, prostitutie, vrouwenonderdrukking, geslachtsziekten: kosten noch moeite zijn gespaard om ons een compleet avondje uit te bezorgen. Alle ellende wordt erg suggestief en sentimenteel verteld en in beeld gebracht; net als in Shame blijven de echt interessante of pijnlijke sequenties ons bespaard.

Gotspe: de vertelling is doorsneden met sequenties waarin Henry 'als zichzelf’ wat reflecteert op ‘het leven’. De strekking van zijn overpeinzingen is: ‘Tjonge, jonge, het is me wat allemaal.’ Empathie die zichzelf in de weg zit en zich daarover beklaagt. Een verkapte zelffelicitatie van de regisseur via zijn protagonist: ‘Ik trek me al dat leed in de wereld zo sterk aan, mensen. Jammer genoeg pasten uitbuiting en armoede in de derde wereld niet meer in de film, maar dat vind ik zelf natuurlijk ook heel erg. Kun je me nu die Oscar even passen? Dankjewel, dankjewel.’

Muziek: als het waar is dat productiemaatschappijen hun films vóór release aan een testpubliek laten zien, doen ze dat dan mét geluid? Afgemonteerd? Eindgeproduceerd? Ja? Dan hebben die mevrouwen en mijnheren die Detachment hebben 'voorgezien' namelijk wel stront in hun oren. Of ze appreciëren bombastische bagger.

Leuk: de nakende romance tussen Henry en Sarah, een tuttige collega, zet niet door, er gloort wel een toekomst met de straatprostituee Erica, waarbij het prettig is dat wij (de majesteit, het publiek) niet weten wat de uitslag is van de HIV-test die Erica heeft ondergaan en Henry's genegenheid voor haar wel eens onvoorwaardelijk en 'ondanks alles' zou kunnen zijn. Henry en Erica horen bij elkaar omdat ze allebei fucked up levens leiden.

Sterk: in een paar korte scènes leren we dat alle personages uit Detachment hun troubles hebben, dat plaatst de ellende van de protagonist in perspectief.

Eindoordeel: emo-porno; als bezoeker van D ben je een mug die bloed uit lichtbeelden drinkt. De regisseur zoekt de balans tussen ‘the delicate moment of detachment’ en ‘ubiquitous assimilation’ aan de ene en oprechte betrokkenheid aan de andere kant. Maar vindt die niet. Twee geglaceerdlachende cakejes (2/5).

Detachment is evidentere kitsch dan Dans la maison(zie hieronder), maar neemt ook meer risico. Dat laatste, het gevaar opzoeken, verkies ik boven het tamme gekabbel van Ozon: 1-0 voor Hollywood.

Titel van dit stukje: deze woorden spreekt Erica, huilend, tegen de protagonist als hij haar vertelt dat ze naar een jeugdinstelling moet - en ze heeft gelijk. Het is mooi om een protagonist te volgen die relatief deugt en toch interessant/artistiek verdedigbaar is.


‘Waarom die Poe illustratie?’
Detachment eindigt met een voorlezinkje van een flard van Poe’s verhaal waarbij we beelden van een desolaat schoolgebouw te zien krijgen. Ieder mens is een bouwval of een gebouw in verval. What’s new?’

Er zijn mensen, blackspotters, voor wie ‘oprecht’ synoniem is met ‘negatief’ of ‘somber’ – voor hen lijkt Detachment me vooral bedoeld.

Alternatief: Moonrise Kingdom.

Affiche Detachment: orange.