Domtoren

Met een neefje (11) en een nichtje (9) beklom ik de Domtoren. Na 465 treden konden we uitkijken over de stad. Het waaide daarboven zo hard dat je overal haren, sjaals en jaspanden zag wapperen. Onder de andere bezoekers bevonden zich een loodgieter en zijn puberdochter. Hij wees haar op alle pannendaken in de binnenstad waar hij ooit een lek had gerepareerd - dat waren er veel. Ik wandelde, op ruim honderd meter hoogte, een rondje om het hart van de toren en hield halt aan de westkant. Ondanks de bewolking was het uitzonderlijk helder. In het westen kon je, in de verste verte, de hoogbouw van Rotterdam zien en rechts daarvan de kantoortorens van Den Haag. Erachter een witte streep: licht, weerspiegeld door de zee.