Ze waren niet zo vaak in de stad. Maar vandaag wel. Ze hadden nieuwe kleren gekocht, daarna een taartje gegeten en nu waren ze op weg naar een boekwinkel. Terwijl ze een groot plein overstaken, zag hij een man met vieze kleren en lang, nattig haar. De man praatte tegen de duiven, met zijn armen maakte hij rare zwembewegingen. Je kon niet zien of hij de vogels wilde aaien of juist probeerde weg te slaan. De man was eng, maar ook een beetje grappig. Het liefst was hij even blijven staan om van een afstandje naar hem te kijken, maar zijn grootmoeder liep rustig door en haar hand loslaten durfde hij niet.
‘Oma? Wat doet die mijnheer?’
‘Mmm?’
‘Wat doet die mijnheer?’
‘Die mijnheer is een geplaagde.’
Één reactie:
1) Hè, ja: origineel. Een pastelkleurige anekdote over een oplettend, gevoelig jongetje en zijn eerste kennismaking met het duister van waanzin en verval. Vinding, ordening (perspectief!) en verwoording: driewerf ruk. Kan ik ergens een kitschfilter downloaden? Het internet is geen afvalbak, jongeman. De Innerlijke Redacteur.