‘En wat is dat zwarte nopje op het raam?’
‘Dat is een zuignapkever. Die zie je op het moment heel veel in Zwitserland. Vanwege de kou gaan ze op zoek naar warme plekjes, maar ik denk dat ze binnen last hebben van heimwee naar het daglicht en de buitenlucht, want ze plakken altijd aan ramen en spiegels.’
‘Hoe komen ze binnen dan aan eten?’
‘Ze drinken het bloed van nieuwsgierige mensen.’
‘Aha.’
‘Het liefst springen ze op je voorhoofd. En dan voel je een hete, scherpe pijn, alsof er een lange, withete naald je voorhoofd ingedreven wordt, maar voor je ze kunt pakken of wegslaan zijn ze alweer verdwenen.'
'En dan hebben ze van je bloed gedronken?'
'Een paar slokjes.'
'Tjeezus.'
'Ja, het is totaal niet schadelijk, maar je schrikt je rot natuurlijk.'
'Kan ik me voorstellen. Zuignapkevers?'
‘Ja.'
'...'
'De Zwitserse regering probeert het bewust uit de media te houden.’
‘Vanwege het tourisme?’
‘Onder andere.’