'Een gloeiende kuthekel' - een soort van essay voor nY

Voor het Vlaamse literaire tijdschrift nY schreef ik een tekst, een drieluikje, over mijn houding ten opzichte van commercialisering, mediatisering en egoïsering in de letteren. Mijn nY-bijdrage is geen kortverhaal en ook geen essay… het is een tussenvorm... het testimonium van een utopist, wellicht… een drieluikje over schrijven en commercie.

Titel:

‘Ik heb een gloeiende kuthekel aan ironie.’ - over het benutten van de vrije wil

Het eerste deel van de titel is een Nanne Tepper-citaat/tribuut, trouwens.

De eerlijkheid gebiedt me aan te tekenen dat ik het eerste van de drie luiken niet zelf heb geschreven, het is een prachtige brief van mijn literair agent, Paul Zeeprest; deze publicatie in nY is zelfs zijn literair debuut.

Van harte gefeliciteerd, Paul!

Mijn ambitie om in één klap alle concernuitgeverijen en literair lecturair agentschappen naar de hel te schrijven heb ik vast niet waargemaakt, maar alle beetjes helpen. Toch?

In nY 16 vind je bijdragen van: China Miéville (vert. Leen Van Den Broucke), Maartje Smits, Koen Sels, Martijn Knol, Jeroen Dera, Hans Demeyer, Christophe Van Gerrewey, Peter Wächtler (vert. Els Moors en Matthijs de Ridder), Lucas Hüsgen, Erwin Jans, Rob Halpern (vert. Frank Keizer) en Charles Olson (vert. Michaël Boyden en Iannis Goerlandt). Het nummer bevat beelden van Peter Wächtler.

In Vlaanderen is nY verkrijgbaar bij een keur aan boekhandels, in Nederland bij Athenaeum Boekhandel.

Losse nummers, zowel van papier als digitaal, kunnen worden besteld via de site van nY.

Afbeelding voorplat nY: nY.