Bootjes kijken

Een paar uur voordat de koninginnenacht echt losbarstte, kreeg ik bezoek van Richard Dekker, redacteur van Passionate Magazine (PM). Hij had het nieuwste nummer van PM voor me meegenomen; er stonden sterke gedichten in van Delphine Lecompte (die ik al gelezen had, want ik had het nummer al). Richard en ik dronken cola en keken uit over de Singel waar Koninginneboten voorbijkwamen. Sommige sloepjes droegen boxen zo groot als kajuiten.

'Weet je al over welk lied je het gaat hebben?,' zei Richard.
'Ja,' antwoordde ik.

Vorig jaar schreef ik voor het zomernummer van PM een kort verhaal (‘Semtex’) en voor het winternummer een essay over het proza van Joost Zwagerman (‘De fiets van Iris Pompier’). Voor het nummer dat nu in de winkel ligt heb ik voor de rubriek ‘Losgezongen’ een bijdrage geschreven over mijn favoriete liedtekst. Welk lied van welke band dat is ga ik hier natuurlijk niet verklappen, maar laat ik in ieder geval melden dat de mannen van de desbetreffende band/de vertolkers van het desbetreffende lied groot zijn geworden met songs als ‘Tepels liegen niet’, ‘Broekhoest’ en ‘Dat giet zo moar niet’.

Ook in de nieuwe Passionate: een kort verhaal van Merijn de Boer en teksten van, onder anderen, Astrid Lampe, Wiegertje Postma, Herman Brusselmans, Hassan Bahara en Erik Brus. En natuurlijk: een column van Walter van den Berg.

Misschien herinner je je nog dat deze maand ook de Armada zou verschijnen met daarin de kleine poëtica die ik voor het tijdschrift heb geschreven. De tekst is veilig ingeklaard, maar wegens de Beijing International Book Fair heeft de redactie een dubbeldik China nummer ingelast; het Armada-zomernummer met mijn poëtica verschijnt dus in de winter. Maar dat meld ik tegen die tijd nog wel even.

Foto: Coen Geertsema.